Sinds 2001 betalen we in Nederland belasting over een forfaitair rendement op het vermogen. Al zo’n 10 jaar lopen er procedures over de hoogte van die heffing. Naar aanleiding daarvan zijn er ook wetswijzigingen geweest. Die bieden voor spaarders een oplossing. Het werkelijke rendement is voor velen met overig vermogen echter (veel) lager dan het forfaitaire rendement dat belast wordt in box 3. Dit voorjaar werd een uitspraak van de Hoge Raad hierover verwacht. De uitspraak is echter uitgesteld naar augustus 2024, dat meldt het FD. Op de uitspraak wordt met spanning gewacht. De uitspraak kan tot een miljardentegenvaller leiden voor de staatskas. Vorig jaar september concludeerde Advocaat Generaal Wattel (adviseur van de Hoge Raad, AG) in deze zaak dat de aangepaste box 3-heffing onvoldoende rechtsherstel biedt voor wie ander vermogen heeft dan spaargeld (zie ons nieuwsbericht). Er is nog steeds sprake van schending van het discriminatieverbod en eigendomsrecht, aldus de AG. De kans is daarom reëel dat de Hoge Raad een tegenbewijsregeling mogelijk zal maken. Volgens Cor Overduin, belastingadviseur bij accountants- en advieskantoor Grant Thornton, staat de Hoge Raad onder grote druk om met een oordeel te komen. Lagere rechters moeten nu op hun eigen kompas varen om te beoordelen over de uitkomsten van de hersteloperatie stroken met het kerstarrest, zegt Overduin, die namens de Bond voor Belastingbetalers belastingplichtigen bijstaat die in beroep gaan. Hij is overigens niet verbaasd over het uitstel. Hij verwacht dat de Hoge Raad de conclusies van AG Pauwels uit februari 2024 (zie ons nieuwsbericht) mee wil nemen in een breder arrest.
Lees voor meer informatie over de stand van zaken van de box 3-procedures onze download ‘Box 3-heffing te hoog?'.