Spaargeld: do’s en don’ts
FiscAlert april 2020 | jrg 26 nr 4 | p.20-23
sparen & beleggen
Spaargeld: do’s en don’ts
Nog nooit was onze spaarrente zó laag. En het kan nóg lager, dus de vraag is of u niet iets anders met uw spaargeld moet doen. We hebben 17 alternatieven op een rijtje gezet. Met de voor- èn nadelen.
In een ver, ver, verleden was sparen een aantrekkelijke en risicoloze manier om vermogen op te bouwen. Inmiddels levert spaargeld hoegenaamd niets meer op. ‘Arme’ spaarders krijgen op vrij opneembaar vermogen bij grootbanken 0,1 procent op hun spaargeld, en onlangs kondigden ABN Amro, ING en Rabobank aan dat ‘rijke’ spaarders op een deel van hun spaargeld een negatieve rente van 0,5 procent krijgen. Ze moeten, met andere woorden, de bank gaan betalen voor het bewaren van hun geld.
Door de gekelderde spaarrente in combinatie met de relatief hoge fictieve rendementsheffing in box 3, is zelfs het hoofddoel van sparen — het in stand houden van vermogen — geheel uit zicht geraakt. Onder deze omstandigheden — de inflatie bedraagt gemiddeld rond de 2 procent en samen met de vermogensrendementsheffing (box 3) teren we jaarlijks behoorlijk in op ons spaarvermogen — is het niet zo vreemd dat we massaal op zoek zijn naar alternatieven voor de gewone spaarrekening. Maar wat zijn onze opties?
1
Dure leningen aflossen +
Het lijkt een open deur, maar veel mensen hebben naast spaargeld ook (dure) consumptieve leningen. Dat is niet handig, want u betaalt véél meer voor lenen dan u voor sparen ontvangt. Op de meeste spaarrekeningen krijgt u momenteel tussen de 0% en 0,5% rente, terwijl u voor een consumptieve lening al snel tussen de 5% en 10% rente per jaar betaalt. Bovendien kunt u door de drempel van € 3.100 per persoon (2020) uw box 3-schulden nooit volledig wegstrepen tegen uw bank- en andere box 3-tegoeden. Los daarom alle consumptieve leningen af met spaargeld. Het mes snijdt dan aan twee kanten: u bespaart èn rente èn vermogensrendementsheffing in box 3.
2
Bijstorten op uw (bank)spaarhypotheek +
Heeft u een (bank)spaarhypotheek? Meestal is de rente die u ontvangt op de aan de hypotheek gekoppelde kapitaalverzekering of bankspaarrekening even hoog als de hypotheekrente die u betaalt. Aangezien de huidige spaarrente nulkommaniks is, is het lonend om extra in te leggen in de bijbehorende kapitaalverzekering of op de speciale, aan de hypotheek gekoppelde spaarrekening. U bouwt op deze manier sneller eindkapitaal op, waardoor u in de toekomst minder hoeft in te leggen en/of de looptijd van de hypotheek kan worden verkort. Bovendien valt dat vermogen buiten box 3, dus u hoeft er geen vermogensrendementsheffing over te betalen. Dubbel voordeel dus!
Er zijn voorwaarden en fiscale beperkingen, dus stort nooit zomaar bij! Vraag altijd vooraf een berekening van de maximaal fiscaal toegestane storting aan uw bank/verzekeraar/tussenpersoon/hypotheekadviseur.
3
- Om het hele artikel te kunnen lezen moet u inloggen.
- Heeft u nog geen abonnement? Bekijk onze aanbiedingen
- Heeft u wel een abonnement, maar nog geen account? Maak dan een account aan